Voor de uitbreiding van de koninklijke grafkelder zijn ruim vijfhonderd graven geruimd. Op die plek, in de Nieuwe Kerk in Delft, kunnen nu ruim twintig kisten van overleden Oranjes komen te liggen. Dat werd maandag bekendgemaakt tijdens een bijeenkomst in de kerk.
In de nieuwe kelder, die verder gesloten is voor publiek, kunnen twee kisten boven elkaar worden geplaatst. Voor de uitbreiding werd een groot stuk onder de kerk uitgegraven. Op die plek werden tussen 1396 en 1829 stadsburgers begraven. Onderzoekers verwachtten voor het graven dat er zo’n tien kisten boven op elkaar begraven waren, maar bij de opgravingen bleken dat er soms wel 23 te zijn.
De resten uit die 581 graven worden opgeslagen in het archeologisch depot en gebruikt voor DNA-onderzoek. Ook zijn er 237 zogenoemde knekelkuilen aangetroffen. Daarin liggen schedels en lange botten van geruimde graven. Omdat dit resten zijn van meerdere mensen, is het moeilijk hier onderzoek naar te doen. Deze botten worden in een nieuw graf begraven.
In de nieuwe kelder is ook een kast voor urnen geplaatst, hoewel daar tot op heden nooit een noodzaak voor is geweest. Alle overleden leden van het koninklijk huis werden met kist bijgezet. Gijsbert van Hoogevest, directeur van Van Hoogevest Architecten, legt uit dat de kast is neergezet om “toekomstbestendig” te bouwen en “alle mogelijkheden” open te houden.
De Nieuwe Kerk in Delft is de laatste rustplaats voor leden van het koninklijk huis. Onder anderen Willem van Oranje, zijn vrouw Louise de Coligny, prins Frederik Hendrik en zijn vrouw Amalia van Solms zijn in de oude kelder bijgezet. Ook koningin Wilhelmina, koningin Juliana en prinses Beatrix’ man prins Claus liggen er.
Beatrix’ zoon prins Friso, die in 2013 overleed na een skiongeluk, was de eerste Oranje sinds 1883 die niet werd bijgezet maar begraven. Dat gebeurde op de Nederlands Hervormde Begraafplaats Hoge Vuurseweg in Lage Vuursche.
In welke kelder Beatrix wordt bijgezet wanneer zij komt te overlijden – er is immers nog een plek vrij in de oude kelder – is niet bekend. Dat heeft te maken met “persoonlijke wensen”, vertelt Claudia Hörster van de Koninklijke Verzamelingen. Er is wel een mogelijkheid tot het verplaatsen van kisten naar de nieuwe kelder.