Het demonstratierecht in Nederland staat “ernstig onder druk” door het aanhouden van klimaatactivisten die opriepen tot het blokkeren van een deel van de A12 in Den Haag. Dat oordeelt het College voor de Rechten van de Mens dinsdag.
“De overheid moet demonstraties faciliteren”, benadrukt het mensenrechtencollege. “Inzet van strafrechtelijke instrumenten om de organisatie van een demonstratie te verhinderen is een extreem zwaar middel dat niet makkelijk te rechtvaardigen valt.”
Volgens het college lijkt het er bovendien op dat er met twee maten gemeten wordt. Klimaatactivisten en Black Lives Matter-activisten worden “onevenredig hard aangepakt” vergeleken met andere demonstranten, zoals de boeren van Farmers Defence Force.
De overheid moet het demonstratierecht volgens het college garanderen. “Of het nu boeren zijn die demonstreren tegen stikstofbeleid dat het klimaat moet beschermen of klimaatactivisten die pleiten voor sneller overheidsoptreden om klimaatverandering tegen te gaan.”
Wat is het College voor de Rechten van de Mens?
Het College voor de Rechten van de Mens zegt de mensenrechten te belichten, beschermen en bevorderen. De onafhankelijke organisatie geeft onder meer advies en voorlichting en doet onderzoek naar de mensenrechten in Nederland.
OM liet acht activisten vooraf arresteren wegens opruiing
Honderden aanhangers van klimaatactiegroep Extinction Rebellion blokkeerden zaterdagmiddag een deel van de A12 in Den Haag. Na drie kwartier greep de politie in en haalde ze de actievoerders van de weg. Agenten pakten die middag bijna achthonderd mensen op.
Het Openbaar Ministerie (OM) liet twee dagen voor de demonstratie acht activisten arresteren. Ze hadden mensen opgeroepen mee te doen met de blokkade, die het OM “gevaarlijk en ontwrichtend” vond. Daarop beschuldigde het OM hen van opruiing.
Alle klimaatactivisten werden later op de dag na verhoor weer vrijgelaten. Wel hadden ze een gebiedsverbod, waardoor ze niet naar de demonstratie mochten.
‘Vooraf arresteren kan mensen weerhouden vreedzaam te protesteren’
Volgens het mensenrechtencollege kunnen arrestaties vooraf een “verlammend effect” teweegbrengen. “Anderen kunnen hierdoor ervan weerhouden worden om hun recht op vrijheid van meningsuiting en vreedzaam protest uit te oefenen.”
“Achteraf vervolgen van deelnemers aan een demonstratie kan en mag wel, maar alleen als zij zich ook daadwerkelijk schuldig hebben gemaakt aan strafbare feiten”, schrijft het college. Voorbeelden zijn vernieling of geweldpleging. Het college wijst erop dat tijdelijke verkeersblokkades door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens zijn aangemerkt als vorm van demonstreren.
Overigens houdt het mensenrechtencollege wel een slag om de arm als het gaat om blokkadeacties. “Dat hangt af van de mate van wanorde en verkeersgevaar die zo’n blokkadeactie gaat opleveren.” Wel zegt het college dat hinder en overlast “in zekere mate” bij een demonstratie hoort.
Verder is het mensenrechtencollege niet te spreken over de twee journalisten die zijn opgepakt. “Het verslag doen van een demonstratie door journalisten valt onder de bescherming van het demonstratierecht.”